Interview met Ingrid -actieve jutter

Ingrid 55 jaar – Actieve jutter

Oordeel loos opruimen

Ingrid (55 jaar) is sinds een jaar actief bij de Katwijkse juttersclub. Iedere maandag en vrijdag gaan ze gewapend met een juttas en een prikstok, het strand af om zwerfafval op te ruimen. Dit heeft Ingrid haar ogen geopend; “Hiervoor zag ik niet dat het plastic probleem zo enorm was, maar nu ik echt goed heb leren kijken, verbaas ik mij telkens weer. Er ligt zoveel plastic op het strand en in de duinen, ik kan het gewoon niet meer niet zien.”

Wat is jouw binding met Katwijk en de zee?
Ingrid begint te glunderen; “Ik heb altijd al een band gevoeld met de zee, het is gewoon een machtig mooi natuurverschijnsel.” Als kind was ze er vaak te vinden wanneer ze een strandwandeling maakte met de familie of haar oom bij Skuytevaert bezocht en later, vond ze er zelfs de liefde en verhuisde naar deze kustplaats. “Toch echt een van de mooiste stukjes van Nederland.”

Wat vind je van al dat zwerfafval op straat?
“Nu ik weet hoeveel afval er écht in de natuur zwerft, ben ik echt geschokt.” Volgens Ingrid is het beter niet met een wijzende vinger na te denken over hoe het afval er is gekomen, dan raak je verzuurd. Volgens haar belandt het meeste afval namelijk niet opzettelijk in de natuur. “Neem bijvoorbeeld een hondenpoepzakje, wanneer je deze uit je jaszak pakt, vliegt de volgende er onbedoeld uit, dat kan gewoon gebeuren.” Wanneer iemand iets wel moedwillig op straat gooit, dan vindt Ingrid dat ronduit asociaal gedrag.

Wat is je eerste jutervaring?
“Het was zeiknat die dag in januari, gelukkig was er iemand zo lief mij de kneepjes van het jut-vak bij te brengen. Ik heb echt leren kijken die dag.” Hiervoor had Ingrid geen idee van de hoeveelheid afval die er op het strand te vinden is, maar nu ze werd gewezen op wapperende stukjes plastic in de verte, of op microplastics die, wanneer je deze van dichtbij bekijkt, opvallen door hun kleur, kon ze er niet meer omheen. “Nu ik echt heb leren kijken, kan ik het ook niet meer niet zien, je moet jezelf echt begrenzen, anders ben je altijd maar aan het opruimen.”

Wat voor afval vinden jullie zoal?
Volgens Ingrid is het seizoensafhankelijk: “In de zomer vinden we veel lege flesjes, speelgoed en verpakkingen.” Babydoekjes zijn volgens Ingrid ook een groot probleem. Deze waaien vaak tegen het duin aan. “Nu vinden we vooral veel visdraad, netten en touwen.” Ingrid denkt dat dit loskomt tijdens de storm op zee. “Het is triest om te zien hoeveel dieren hierin verstrikt raken.” Ook vindt Ingrid het opvallend hoeveel troep er achterblijft na de afbouw van de paviljoens. Zo vinden ze heel veel honing zakjes, plastic thee verpakkingen, en melkkuipjes. Maar ook veel schroeven en laatst zelfs een luchtbed. “Een gezamenlijke opruimactie aan het einde van het strandseizoen zou een mooi initiatief kunnen zijn.”

 Welke Instelling heb je nodig als jutter?
Als jutter kan je volgens Ingrid het beste oordeel loos zijn en het als een algemeen probleem zien. “Je ruimt gewoon op, meer is het niet, anders raak je verzuurd.” Oordeelloos opruimen noemt Ingrid het. Ze zegt dat er toch een bepaald beeld heerst over jutters: “Veel mensen denken dat we allemaal wereldverbeteraars zijn of van die geitenwollensokken types.” Ingrid benadrukt dat zij gewoon je buurvrouw, je tante of vriendin is. “Ik ben een omgevings-verbeteraar, dat maakt het mogelijk behapbaar en kleiner.” Helaas zijn er ook mensen in haar omgeving die het gênant of raar vinden om rommel van een ander op te ruimen. Maar daar trekt Ingrid zich niks van aan; “Ik heb er echt plezier in.”

Wat is volgens jou de oplossing?
“We kunnen nog meer wetgeving maken, maar dat moet dan ook allemaal weer worden gehandhaafd. We moeten eigenlijk een ‘van ons’ gevoel creëren met elkaar. Wanneer je jouw omgeving ook als onderdeel van jouw huis ziet, ben je eerder geneigd dit schoon te houden of mee op te ruimen.” Ook denkt Ingrid dat het belangrijk is om krachten te bundelen met bijvoorbeeld de paviljoenhouders en andere ondernemers rondom het strand. “We hebben elkaar gewoon nodig, we kunnen elkaar versterken als we samenwerken vanuit dezelfde liefde voor de zee.”

Nu Ingrid bijna een jaar aan het jutten is komt ze er pas achter dat de jutters niet op zichzelf staan, maar een onderdeel zijn van een groter geheel. Er bestaan veel initiatieven zoals de Grondstofjutters, Stichting de Noordzee en Worldcleanup day. Maar volgens Ingrid moet er meer bekendheid aan worden gegeven. Zelf vindt ze het mooi hier onderdeel van uit te mogen maken en iets te kunnen betekenen: “Ieder stukje plastic dat ik opraap, komt in ieder geval niet in de natuur terecht.”